Orde van dienst 18 december 2022 4e Advent   

Voorganger:                      ds. H.J. Prosman
Organist:                            Dhr. Ad van Pelt
Ouderling:                          Mevr. Frouwien Wille
Diaken:                               Dhr. J. Kalshoven

De diensten zijn te volgen via kerkdienst-gemist

https://kerkdienstgemist.nl/stations/2491-Nieuwkoop-HG

Welkom en mededelingen
                Aansteken van de vierde kaars
Liturgisch bloemstuk      4e Advent.

Intochtslied 437: 1,2
Votum en groet
Zingen lied 437: 5,6

Jesaja 45:8
Hemel, laat gerechtigheid neerregenen,
laat haar neerstromen uit de wolken.
Laat de aarde zich openen
zodat redding zal ontkiemen
en gerechtigheid ontspruiten.
Ik, de HEER, heb dit alles geschapen.


Lezing van de geboden

Zingen: Ruwe stormen mogen woeden”.
1 Ruwe stormen mogen woeden,
Alles om mij heen zij nacht,
God, mijn God zal mij behoeden,
God houdt voor mijn heil de wacht.
Moet ik lang Zijn hulp verbeiden,
Zijne liefde blijft mij leiden:
Door een’ nacht, hoe zwart, hoe dicht,
Voert Hij mij in ’t eeuwig licht.

2 Hij, de kenner aller harten,
kent ook mij, en weet alleen,
hoe ik hier, in al mijn smarten,
’t heil verwacht van Hem alleen.
Ja, hij weet, hoe diep mijn zonden
steeds opnieuw mijn ziel doorwonden:
niet mijn ongeloof en waan,
mijn geloof, dat ziet Hij aan.


3 Mij heeft Hij zijn Zoon gegeven,
door ’t geloof nam ik Hem aan;
ja, ik weet, dat ik zal leven
en door Hem ten hemel gaan.
Mij heeft God in Hem verkoren,
zelfs eer ik nog was geboren,
eer de stem van Zijne macht
immer iets had voortgebracht.


Moment met de kinderen

Kinderlied:
Jezus zegt dat Hij hier van ons verwacht
dat wij zijn als kaarsjes, brandend in de nacht
en Hij wenst dat ieder tot zijn ere schijn’
jij in uw klein hoekje en ik in ’t mijn

Jezus zegt dat Hij ieders kaarsje ziet
of het helder licht geeft of ook bijna niet
Hij ziet uit de Hemel of wij lichtjes zijn
jij in uw klein hoekje en ik in ’t mijn

Gebed
Schriftlezing Johannes 1: 19-28
Getuigenissen
19Dit is het getuigenis van Johannes. De Joden hadden vanuit Jeruzalem priesters en Levieten naar hem toe gestuurd om hem te vragen: ‘Wie bent u?’ 20Hij gaf zonder aarzelen antwoord en verklaarde ronduit: ‘Ik ben niet de messias.’ 21Toen vroegen ze hem: ‘Wie dan? Bent u Elia?’ Hij zei: ‘Die ben ik ook niet.’ ‘Bent u de profeet?’ ‘Nee,’ antwoordde hij. 22‘Maar wie bent u dan?’ vroegen ze hem. ‘Wij moeten antwoord kunnen geven aan degenen die ons gestuurd hebben – wie zegt u zelf dat u bent?’ 23Hij zei: ‘Ik ben de stem die roept in de woestijn: “Maak recht de weg van de Heer,” zoals de profeet Jesaja gezegd heeft.’ 24De afgevaardigden die uit de kring van de farizeeën kwamen, 25vroegen verder: ‘Waarom doopt u dan, als u niet de messias bent, en ook niet Elia of de profeet?’ 26‘Ik doop met water,’ antwoordde Johannes. ‘Maar in uw midden is iemand die u niet kent, 27Hij die na mij komt – ik ben het niet eens waard om de riemen van zijn sandalen los te maken.’ 28Dit gebeurde in Betanië, aan de overkant van de Jordaan, waar Johannes doopte.

Zingen Psalm 24: 4,5
Preek
Zingen lied 433: 1,2 5
Dankgebed, voorbeden en Onze Vader
Collecte
Slotzang 442:1,2
Zegen afgesloten met gezongen Amen

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.