Orde van dienst 25 september 2022    

Voorganger:                      ds. H.J. Prosman
Organist:                             Dhr. Arie van Blaaderen
Ouderling:                          Mevr. Nel Griffioen O  : N. Griffioen
Diaken:                               Mevr. Margreet v. Koert

De diensten zijn te volgen via kerkdienst-gemist
https://kerkdienstgemist.nl/stations/2491-Nieuwkoop-HG

Orgelspel
Welkom en mededelingen
Psalm 146:1
Votum en groet
lied 248:1,2,3,4
Smeekgebed met lied 367b
Gloria: lied 305:1,2,3
Moment met de kinderen
Kinderlied: lied 806: 1,2,3
Gebed
Schriftlezing Ruth 1: 1-22
11In de tijd dat de rechters het volk leidden, brak er een hongersnood uit in het land. Een man trok daarom met zijn vrouw en zijn twee zonen weg uit Betlehem in Juda, om als vreemdeling te gaan wonen in de vlakte van Moab. 2De naam van de man was Elimelech, die van zijn vrouw Naomi, en zijn twee zonen heetten Machlon en Kiljon; het waren Efratieten uit Betlehem in Juda. Toen ze in de vlakte van Moab waren aangekomen, bleven ze daar wonen. 3Na enige tijd stierf Elimelech, de man van Naomi, en zij bleef achter met haar twee zonen. 4Zij trouwden allebei met een Moabitische vrouw. De naam van de ene was Orpa, die van de andere was Ruth. Nadat ze daar ongeveer tien jaar gewoond hadden, 5 stierven ook Machlon en Kiljon, en de vrouw bleef alleen achter, zonder haar twee zonen en zonder haar man. 6Toen Naomi hoorde, daar in Moab, dat de HEER zich het lot van zijn volk had aangetrokken en het weer brood had gegeven, maakte ze zich samen met haar twee schoondochters gereed om Moab te verlaten en terug te keren. 7Samen met hen verliet ze de plaats waar ze gewoond had en ging terug naar Juda. Maar eenmaal onderweg 8zei Naomi: ‘Gaan jullie nu maar allebei terug naar het huis van je moeder. Moge de HEER zo goed voor jullie zijn als jullie voor mij en mijn gestorven zonen zijn geweest. 9Moge Hij ervoor zorgen dat jullie allebei geborgenheid vinden in het huis van een man,’ en ze kuste hen. Toen barstten zij in tranen uit 10en zeiden: ‘Maar we willen met u terugkeren naar uw volk!’ 11 ‘Ga terug, mijn dochters,’ zei Naomi, ‘waarom zouden jullie met mij meegaan? Kan ik soms nog zonen krijgen die jullie mannen kunnen worden? 12Ga toch terug, want ik ben te oud voor een man. Zelfs al zou ik nog hoop koesteren, zelfs al sliep ik vannacht nog met een man en al bracht ik nog zonen ter wereld – 13zouden jullie dan wachten tot ze groot zijn en je ervan laten weerhouden met een andere man te trouwen? Nee, mijn dochters, mijn lot is te bitter voor jullie; de HEER heeft zich tegen mij gekeerd.’ 14Opnieuw begonnen zij te huilen. Orpa kuste haar schoonmoeder vaarwel, maar Ruth week niet van haar zijde. 15‘Kijk, je schoonzus gaat terug naar haar volk en haar god,’ zei Naomi, ‘ga haar toch achterna!’ 16Maar Ruth antwoordde: ‘Vraag me toch niet langer u te verlaten en terug te gaan, weg van u. Waar u gaat, zal ik gaan, waar u slaapt, zal ik slapen; uw volk is mijn volk en uw God is mijn God. 17Waar u sterft, zal ook ik sterven, en daar zal ik begraven worden. Alleen de dood zal mij van u scheiden, en anders mag de HEER met mij doen wat Hij wil!’ 18Naomi zag dat Ruth vastbesloten was om met haar mee te gaan en drong niet langer aan. 19Zo gingen zij samen verder, tot in Betlehem. Hun aankomst in Betlehem baarde veel opzien. Overal in de stad riepen de vrouwen: ‘Dat is toch Naomi?’ 20Maar ze zei tegen hen: ‘Noem me niet Naomi, noem me Mara, want de Ontzagwekkende heeft mijn lot zeer bitter gemaakt. 21Toen ik hier wegging had ik alles, maar de HEER heeft mij met lege handen laten terugkomen. Waarom mij nog Naomi noemen, nu de HEER zich tegen mij heeft gekeerd, nu de Ontzagwekkende me kwaad heeft gedaan?’ 22Zo kwam Naomi terug uit Moab, samen met haar schoondochter Ruth, de Moabitische. Ze kwamen in Betlehem aan bij het begin van de gersteoogst.

Psalm 146:4,5
4Stokt zijn adem, hij keert terug tot de aarde,
op die dag gaat hij met zijn plannen ten onder.
5Gelukkig wie de God van Jakob tot hulp heeft,
wie zijn hoop vestigt op de HEER, zijn God,

Preek
lied 827:1,2,3,4
Geloofsbelijdenis (lied 344)
Dankgebed en voorbede
Collecte
lied 655:1,4,5 Z

Orde van dienst 11 september 2022    

Voorganger:                      ds. C. de Jong, Houten
Organist:                            Dhr. Ad van Pelt
Ouderling:                          Mevr.  F. Wille  
Diaken:                               Dhr. S. de Feij

De diensten zijn te volgen via kerkdienst-gemist

https://kerkdienstgemist.nl/stations/2491-Nieuwkoop-HG

DE INTREDE
Orgelspel
Welkom en mededelingen
stil gebed
Intredelied Psalm 98: 1,4Bemoediging en groet
Lied 283: 1,2,4
Gebed om ontferming
Lofprijzing
Glorialied 309a (a capella)
Leefregel
Goed is het wat Gij hebt ingezet, God, Gij wijst ons de weg naar uw toekomst.
Wij loven en danken U, omdat Gij tot ons blijft zeggen:
Ik ben de Eeuwige, uw God; Ik heb u uitgeleid, weg uit het diensthuis.
Gij zult geen andere goden hebben voor mijn aangezicht.
Gij zult u geen beeld maken van enig schepsel en daarvoor buigen en het dienen.
Gij zult de Naam van de Eeuwige, uw God, niet voor niets gebruiken
Onderhoud de rustdag. Dan zult gij geen werk doen, en niemand die met u is.
Heilig is die dag en gezegend.
Eer uw vader en moeder,
opdat uw dagen verlengd worden in het land dat de Eeuwige, uw God, u geeft.
Gij zult niet doodslaan.
Gij zult elkaar niet ontrouw zijn.
Gij zult niet stelen.
Gij zult geen onwaarheid spreken tegen uw naaste.
En gij zult uw zinnen niet zetten op wat van uw naaste is.
Amen. Zo zal het zijn.


Lied 337 (Ned. tekst, gitaar/piano begeleiding)
Inleiding op de lezingen
Schriftlezing: Ezechiel 47: 1-12
De rivier uit de tempel
471Toen bracht de man mij terug naar de ingang van de tempel. Daar zag ik water onder de drempel van de tempel vandaan komen. Het stroomde naar het oosten, want de voorkant van de tempel lag op het oosten. Het water liep van onder de rechter buitenmuur van de tempel, ten zuiden van het altaar, naar beneden. 2Hij nam mij door de noordpoort mee naar buiten en we liepen buitenom naar de oostelijke buitenpoort. Daar zag ik het water aan de rechterkant eruit sijpelen. 3Met een meetlint in zijn hand ging de man naar het oosten, en hij mat 1000 el. Daar liet hij mij door het water waden: het water kwam tot mijn enkels. 4Hij mat nog eens 1000 el en liet me weer door het water waden: het water kwam tot mijn knieën. Hij mat nog eens 1000 el en liet me er weer door waden: het water kwam tot mijn heupen. 5Hij mat nog eens 1000 el en toen was het water een rivier waar ik niet doorheen kon waden. Het water stond zo hoog dat je er alleen in zwemmen kon, het was een ondoorwaadbare rivier. 6De man zei tegen mij: ‘Zie je dat, mensenkind?’ en hij liet mij terugkomen op de oever van de rivier. 7Toen ik weer terug was, zag ik op de oevers van de rivier aan weerskanten heel veel bomen. 8Hij zei tegen mij: ‘Dit water stroomt door de oostelijke landstreek, dan naar beneden de Jordaanvallei in, en mondt uit in de Dode Zee. Wanneer het de zee in stroomt wordt het water daar zoet. 9Het zal er wemelen van levende wezens, overal waar de rivier stroomt komt leven, er zal vis zijn in overvloed. Als dit water in de Dode Zee aankomt wordt het water daar zoet; overal waar de rivier stroomt komt leven. 10Van Engedi tot En-Eglaïm zullen er vissers staan, en er zullen droogplaatsen voor netten zijn. Er zullen talrijke vissen zijn van allerlei soort, net als in de Grote Zee. 11Alleen de moerassen en de poelen worden niet zoet, daar blijft het water brak. 12Aan weerskanten van de rivier zullen allerlei vruchtbomen opkomen, waarvan de bladeren niet zullen verwelken en de vruchten niet zullen opraken; elke maand zullen ze vrucht dragen. Het water stroomt immers uit het heiligdom. De vruchten zullen eetbaar zijn en de bladeren geneeskrachtig.’

Evangelielezing: Johannes 7: 37-39
37Op de laatste dag, het hoogtepunt van het feest, stond Jezus in de tempel, en Hij riep: ‘Laat wie dorst heeft bij Mij komen en drinken! 38“Rivieren van levend water zullen stromen uit het hart van wie in Mij gelooft,” zo zegt de Schrift.’ 39Hiermee doelde Hij op de Geest die zij die in Hem geloofden zouden ontvangen; de Geest was er namelijk nog niet, want Jezus was nog niet tot Gods majesteit verheven.

We zingen lied 685: 1a, 2vr. 3m. 5a.

Schriftlezing: Handelingen 18: 24 – 28
24Intussen arriveerde er in Efeze een uit Alexandrië afkomstige Jood, die Apollos heette. Hij was een ontwikkeld man, die goed onderlegd was in de Schriften. 25Hij had onderricht gekregen in de Weg van de Heer en verkondigde geestdriftig de leer over Jezus, die hij zorgvuldig uiteenzette, ook al was hij alleen bekend met de doop zoals Johannes die had verricht. 26In de synagoge begon hij nu vrijmoedig het woord te voeren. Toen Priscilla en Aquila hem hoorden, namen ze hem terzijde en legden hem nog preciezer uit wat de Weg van God inhield. 27Toen hij naar Achaje wilde afreizen, moedigden de gemeenteleden hem aan en gaven hem een brief mee voor de leerlingen met het verzoek hem gastvrij te ontvangen. Na zijn aankomst bleek hij door Gods genade een grote steun te zijn voor de gelovigen, 28want hij slaagde erin de Joden in het openbaar in het ongelijk te stellen door op grond van de Schriften aan te tonen dat Jezus de messias is.

We lezen verder in Handelingen 19: 1-7
191Terwijl Apollos in Korinte verbleef, kwam Paulus na zijn reis door het binnenland in Efeze aan. Hij ontmoette daar enkele leerlingen, 2aan wie hij vroeg: ‘Hebben jullie de heilige Geest ontvangen toen jullie tot geloof kwamen?’ Ze antwoordden: ‘Nee, we hebben zelfs niet gehoord van het bestaan van een heilige Geest.’ 3Hij vroeg: ‘Hoe zijn jullie dan gedoopt?’ ‘Met de doop van Johannes,’ antwoordden ze. 4 Daarop zei Paulus: ‘Johannes doopte de mensen die tot inkeer kwamen en zei tegen hen dat ze moesten geloven in degene die na hem kwam, in Jezus.’ 5Toen ze dat gehoord hadden, lieten ze zich dopen in de naam van de Heer Jezus, 6 en toen Paulus hun de handen had opgelegd daalde de heilige Geest op hen neer, zodat ze in klanktaal gingen spreken en profeteerden. 7De hele groep bestond uit ongeveer twaalf mensen.

Uitleg
Lied 103c: 1,2,3
Dankgebed, voorbeden, stil gebed, Onze Vader
Slotlied 425
Zegen   (beantwoord met gezongen Amen)       

Orde van zomerzangavonddienst 4 september 2022 18:30   

Voorganger:               ds. C.W. Saly, Amssterdam
Organist:                     dhr. Danny Spaans
Ouderling:                  dhr. R. Verhallen
Diaken:                       mevr. M. van Koert

De diensten zijn te volgen via kerkdienst-gemist
https://kerkdienstgemist.nl/stations/2491-Nieuwkoop-HG

orgelspel
intrede
welkom en mededelingen
psalm 62 vers 1 en 5
stil gebed
bemoediging en groet

zangblok i
Gezang 442: 1, 2, 3 Jezus ga ons voor (Liedboek voor de kerken 1973 |
Lied 650 Zangbundel Johannes de Heer)

  1. Jezus ga ons voor
    deze wereld door,
    en U volgend op uw schreden
    gaan wij moedig met U mede.
    Leid ons aan uw hand
    naar het vaderland.
  2. Valt de weg ons lang,
    zijn wij klein en bang,
    sterk ons, Heer, om zonder klagen
    achter U ons kruis te dragen.
    Waar Gij voor ons tradt,
    is het rechte pad.
  3. Krimpt ons angstig hart
    onder eigen smart,
    moet het met de ander lijden,
    Jezus, geef ons kracht tot beide.
    Wees Gij zelf het licht
    dat ons troost en richt.

Lied 916: 1, 4, 5, 6 Door de wereld gaat een woord (Zangbundel Johannes de Heer | Lied 850 Liedboek: zingen en bidden in huis en kerk 2013)

(melodie van het volkslied van Israël)

  1. Door de wereld gaat een woord
    en het drijft de mensen voort:
    “Breek uw tent op, ga op reis,
    naar het land, dat Ik u wijs.”
    Here God, wij zijn vervreemden,
    door te luist’ ren naar Uw stem.
    Breng ons saam met Uw ontheemden,
    naar het nieuw Jeruzalem.


    4.Door de wereld klinkt een lied,
    tegen angsten en verdriet,
    tegen onrecht, tegen dwang,
    richten pelgrims hun gezang.
    Here God, wij zijn vervreemden,
    door te luist’ ren naar Uw stem.
    Breng ons saam met Uw ontheemden,
    naar het nieuw Jeruzalem.


    5. Velen, die de moed begaf,
    blijven staan of dwalen af,
    hunkerend naar hun oude land.
    Reisgenoten, grijp hun hand.
    Here God, wij zijn vervreemden,
    door te luist’ ren naar Uw stem.
    Breng ons saam met Uw ontheemden,
    naar het nieuw Jeruzalem.

    6.Door de wereld gaat een woord
    en het drijft de mensen voort:
    “Breek uw tent op, ga op reis,
    naar het land, dat Ik u wijs.”
    Here God, wij zijn vervreemden,
    door te luist’ ren naar Uw stem.
    Breng ons saam met Uw ontheemden,
    naar het nieuw Jeruzalem.

de heilige schrift
gebed om verlichting met de heilige geest
schriftlezing: Marcus 6:30-32
30De apostelen kwamen weer terug bij Jezus en vertelden Hem over alles wat ze gedaan hadden en wat ze de mensen onderwezen hadden. 31Hij zei tegen hen: ‘Ga nu mee naar een eenzame plaats om alleen te zijn en een tijdje uit te rusten.’ Want het was een voortdurend komen en gaan van mensen, zodat ze zelfs niet de kans kregen om te eten. 32Ze voeren met de boot naar een afgelegen plaats, om daar alleen te kunnen zijn. 

zangblok II
Lied 886: 1, 2 Abba Vader (Liedboek: zingen en bidden in huis en kerk 2013 | Lied 100 Zangbundel Johannes de Heer)

  1. Abba, Vader, U alleen,
    U behoor ik toe,
    U alleen doorgrondt mijn hart,
    U behoort het toe.
    Laat mijn hart steeds vurig zijn,
    U laat nooit alleen,
    Abba, Vader, U alleen,
    U behoor ik toe.
  2. Abba, Vader, laat mij zijn,
    slechts van U alleen,
    dat mijn wil voor eeuwig zij,
    d’Uwe en anders geen.
    Laat mijn hart nooit koud zijn, Heer,
    laat mij nimmer gaan,
    Abba, Vader, laat mij zijn,
    slechts van U alleen

Lied 7: 1, 2 Als g’in nood gezeten (Zangbundel Johannes de Heer)

  1. Als g’ in nood gezeten, geen uitkomst ziet,
    wil dan nooit vergeten: God verlaat U niet.
    Vrees toch geen nood, ’s Heren trouw is groot,
    en op ’t nacht’lijk duister, volgt het morgenrood.
    Schoon stormen woeden, ducht toch geen kwaad;
    God zal u behoeden, uw toeverlaat.
  2. God blijft voor u zorgen, goed is de Heer
    en met elke morgen, keert Zijn goedheid weer.
    Schoon g’ in ’t verdriet, nergens uitkomst ziet,
    groter dan de Helper, is de nood toch niet.
    Wat ons ontviele, Redder in nood,
    red slechts onze ziele, uit zond’ en dood.

prediking “…even alleen met jezus…”

orgelspel
geloofsbelijdenis staande en gezongen (Lied 340b – Liedboek: zingen en bidden in huis en kerk 2013)
zangblok iii

Lied 885: 1, 2 Groot is uw trouw, o Heer (Liedboek: zingen en bidden in huis en kerk 2013)

  1. Groot is uw trouw, o Heer mijn God en Vader
    Er is geen schaduw van omkeer bij U
    Ben ik ontrouw, Gij blijft immer Dezelfde
    die Gij steeds waart, dat bewijst Gij ook nu
    Groot is uw trouw, o Heer, groot is uw trouw, o Heer
    iedere morgen aan mij weer betoond.
    Al wat ik nodig had, hebt Gij gegeven
    Groot is uw trouw, o Heer, aan mij betoond.

  2. Gij geeft ons vrede, vergeving van zonden
    en uw nabijheid, die sterkt en die leidt
    Kracht voor vandaag, blijde hoop voor de toekomst
    Gij geeft het leven tot in eeuwigheid.
    Groot is uw trouw, o Heer, groot is uw trouw, o Heer
    iedere morgen aan mij weer betoond.
    Al wat ik nodig had, hebt Gij gegeven
    Groot is uw trouw, o Heer, aan mij betoond.

Psalm 150a: 1, 3, 4 Geprezen zij God (Liedboek: zingen en bidden in huis en kerk 2013)

  1. Geprezen zij God! Gij engelenkoor
    dat steeds naar Hem hoort, prijs Hem om zijn Woord!
    Gij hemelen, loof Hem wiens hand alles schiep,
    die allen daarboven tot dankzegging riep.

    3.Geprezen zij God! Laat alles wat leeft
    nu zingen voor Hem die alles ons geeft.
    Laat jub’len het orgel, laat harp en trompet
    de glorie doen klinken, van Hem die ons redt.

    4.Geprezen zij God! Ons lied is gewijd
    aan Hem die altijd ons helpt en geleidt.
    Om zijn goede schepping, om hemels genot,
    zijn gunst en vergeving: geprezen zij God!

gebeden en gaven
dankzegging
voorbede
stil gebed
onze vader

inzameling van de gaven
zending en zegen
slotlied: Lied 425
zegen

Orde van ochtenddienst 4 september 2022

Voorganger:                      ds. H.J. Prosman
Organist:                             Dhr. Ad van Pelt
Ouderling:                          Mevr. Nel Griffioen
Diaken:                               Mevr. Margreet van Koert

De diensten zijn te volgen via kerkdienst-gemist

https://kerkdienstgemist.nl/stations/2491-Nieuwkoop-HG

Orgelspel
Welkom en mededelingen
Psalm 24: 1,2
Votum en groet
lied 908:1,4
Lezing van de wet
Gebed om verootmoediging|
lied 908:6,7
Gebed
Schriftlezing Lucas 14:25-33
Het volgen van Jezus
25Grote mensenmenigten trokken met Jezus mee. Hij wendde zich tot hen en zei: 26‘Wie Mij volgt, maar niet breekt met zijn vader en moeder en vrouw en kinderen en broers en zussen, ja zelfs met zijn eigen leven, kan niet mijn leerling zijn. 27Wie niet zijn kruis draagt en achter Mij aan komt, kan niet mijn leerling zijn. 28Want wie van jullie die een toren wil bouwen gaat niet eerst de kosten berekenen, om te zien of hij wel genoeg heeft voor de bouw? 29Als hij het fundament gelegd heeft maar de bouw niet kan voltooien, zal iedereen die dat ziet hem uitlachen 30en zeggen: “Die man begon te bouwen, maar afmaken kon hij het niet.” 31En welke koning die eropuit trekt om met een andere koning oorlog te voeren, zal niet eerst bij zichzelf te rade gaan of hij wel met tienduizend man kan optrekken tegen iemand die met twintigduizend man tegen hem oprukt? 32Als hij dat niet kan, stuurt hij eerst, wanneer de troepen nog ver van elkaar verwijderd zijn, een gezant om naar de voorwaarden voor vrede te vragen. 33Zo geldt ook voor jullie: wie geen afstand doet van al zijn bezittingen, kan mijn leerling niet zijn. 34Zout is iets goeds. Maar als ook het zout zijn smaak verliest, hoe kunnen we het dan zijn kracht teruggeven? 35Ook voor de bemesting van de grond is het niet meer bruikbaar, dus wordt het weggegooid. Wie oren heeft om te horen, moet goed luisteren!’
Lied 941:1,2,3,4
Preek
Zingen: Ik bouw op U
Ik bouw op U
mijn schild en mijn verlosser
niet eenzaam ga ik op de vijand aan
(sterk in uw kracht gerust in uw bescherming
ik bouw op U en ga in uwe naam -2x-

Gelovend ga ik eigen zwakheid voelen
en telkens meer moet ik uw kracht verstaan
(toch rijst in mij een lied van overwinning
ik bouw op U en ga in uwe naam -2x

Ik bouw op u
mijn schild en mijn verlosser
Gij voert de strijd, de huld’ is u gewijd
(In ‘t laatste uur zal ‘k zegevierend ingaan
in rust met u die mij hebt voortgeleid. -2x-

Dankgebed en voorbede
Collecte
Psalm 121: 3,4
Zegen