Orde van dienst 1 december 2024 – 1e Advent

Voorganger:                      ds. H.J. Prosman
Organist:                             Dhr. Sjaak Warnaar4
Ouderling:                          Mevr. Nel Griffioen
Diaken:                               Dhr. Steven de Feij

De diensten zijn te volgen via kerkdienst-gemist

https://kerkdienstgemist.nl/stations/2491-Nieuwkoop-HG

Orgelspel
Welkom en mededelingen
Zingen                                  Psalm 43:3,4
Votum en groet
Zingen                                  Lied 437:1,2,3,6
Wetslezing
Zingen                                  lied 377:1,2,3
Moment met de kinderen
Gebed
Schriftlezing:                     Ruth 1:1-22
1In de tijd dat de rechters het volk leidden, brak er een hongersnood uit in het land. Een man trok daarom met zijn vrouw en zijn twee zonen weg uit Betlehem in Juda, om als vreemdeling te gaan wonen in de vlakte van Moab. 2De naam van de man was Elimelech, die van zijn vrouw Naomi, en zijn twee zonen heetten Machlon en Kiljon; het waren Efratieten uit Betlehem in Juda. Toen ze in de vlakte van Moab waren aangekomen, bleven ze daar wonen. 3Na enige tijd stierf Elimelech, de man van Naomi, en zij bleef achter met haar twee zonen. 4Zij trouwden allebei met een Moabitische vrouw. De naam van de ene was Orpa, die van de andere was Ruth. Nadat ze daar ongeveer tien jaar gewoond hadden, 5stierven ook Machlon en Kiljon, en de vrouw bleef alleen achter, zonder haar twee zonen en zonder haar man. 6Toen Naomi hoorde, daar in Moab, dat de HEER zich het lot van zijn volk had aangetrokken en het weer brood had gegeven, maakte ze zich samen met haar twee schoondochters gereed om Moab te verlaten en terug te keren. 7Samen met hen verliet ze de plaats waar ze gewoond had en ging terug naar Juda. Maar eenmaal onderweg 8zei Naomi: ‘Gaan jullie nu maar allebei terug naar het huis van je moeder. Moge de HEER zo goed voor jullie zijn als jullie voor mij en mijn gestorven zonen zijn geweest. 9Moge Hij ervoor zorgen dat jullie allebei geborgenheid vinden in het huis van een man,’ en ze kuste hen. Toen barstten zij in tranen uit 10en zeiden: ‘Maar we willen met u terugkeren naar uw volk!’ 11‘Ga terug, mijn dochters,’ zei Naomi, ‘waarom zouden jullie met mij meegaan? Kan ik soms nog zonen krijgen die jullie mannen kunnen worden? 12Ga toch terug, want ik ben te oud voor een man. Zelfs al zou ik nog hoop koesteren, zelfs al sliep ik vannacht nog met een man en al bracht ik nog zonen ter wereld – 13zouden jullie dan wachten tot ze groot zijn en je ervan laten weerhouden met een andere man te trouwen? Nee, mijn dochters, mijn lot is te bitter voor jullie; de HEER heeft zich tegen mij gekeerd.’ 14Opnieuw begonnen zij te huilen. Orpa kuste haar schoonmoeder vaarwel, maar Ruth week niet van haar zijde. 15‘Kijk, je schoonzus gaat terug naar haar volk en haar god,’ zei Naomi, ‘ga haar toch achterna!’ 16Maar Ruth antwoordde: ‘Vraag me toch niet langer u te verlaten en terug te gaan, weg van u. Waar u gaat, zal ik gaan, waar u slaapt, zal ik slapen; uw volk is mijn volk en uw God is mijn God. 17Waar u sterft, zal ook ik sterven, en daar zal ik begraven worden. Alleen de dood zal mij van u scheiden, en anders mag de HEER met mij doen wat Hij wil!’ 18Naomi zag dat Ruth vastbesloten was om met haar mee te gaan en drong niet langer aan. 19Zo gingen zij samen verder, tot in Betlehem. Hun aankomst in Betlehem baarde veel opzien. Overal in de stad riepen de vrouwen: ‘Dat is toch Naomi?’ 20Maar ze zei tegen hen: ‘Noem me niet Naomi, noem me Mara, want de Ontzagwekkende heeft mijn lot zeer bitter gemaakt. 21Toen ik hier wegging had ik alles, maar de HEER heeft mij met lege handen laten terugkomen. Waarom mij nog Naomi noemen, nu de HEER zich tegen mij heeft gekeerd, nu de Ontzagwekkende me kwaad heeft gedaan?’ 22Zo kwam Naomi terug uit Moab, samen met haar schoondochter Ruth, de Moabitische. Ze kwamen in Betlehem aan bij het begin van de gersteoogst.

Preek
Zingen                                  lied 451:1,2,3,4,5
Lezen van het Avondmaalsformulier
Gebeden
Zingen: “Christus, heilig Godslam” (Hervormde Bundel 38)
1 Christus, heilig Godslam
die der wereld zonden draagt,
ontferm U onzer!

2 Christus, heilig Godslam
die der wereld zonden draagt,
ontferm U onzer!

3 Christus, heilig Godslam
die der wereld zonden draagt,
geef ons uwe vrede!
Amen.

Viering van het Heilig Avondmaal
Zingen                                  Psalm: 103c: 1,3
Dankgebed
Collecte
Slotzang                              lied 442:1,2
Zegen
Gezongen Amen


Uitvaartdienst op 28 november 2024

Orde van dienst bij de uitvaart van

Cornelis de Vries

28 januari 1936 – 21 november 2024

28 november 2024 in de Hervormde kerk te Nieuwkoop

Voorganger: ds. H.J. Prosman

Organist: dhr. H. Oskam




De diensten zijn te volgen via kerkdienst-gemist

https://kerkdienstgemist.nl/stations/2491-Nieuwkoop-HG

Welkom

Bemoediging en groet

Aansteken van de kaarsen door de kleinkinderen

 Lied 377: 1,2,3

 Zoals ik ben, kom ik nabij,
met niets in handen dan dat Gij
mij riep en zelf U gaf voor mij –
o Lam van God, ik kom.

 Zoals ik ben, met al mijn strijd,
mijn angsten en onzekerheid,
mijn maskers en mijn ijdelheid –
o Lam van God, ik kom.

 Zoals ik ben, verdoofd, verblind,
tast ik naar U, die mij bemint,
 bij wie mijn ziel genezing vindt –
o Lam van God, ik kom.

 Gebed

 In Memoriam door Anneke en Jan

 Zingen: ‘Genade zo oneindig groot’

 Genade, zo oneindig groot.
Dat ik, die ‘t niet verdien
het leven vond, want ik was dood
en blind, maar nu kan ‘k zien.

 Want Jezus droeg mijn zondelast
en tranen aan het kruis.
Hij houdt mij door genade vast
en brengt mij veilig thuis.

 Schriftlezing: Psalm 139

 HEER, U kent mij, U doorgrondt mij, U weet het als ik zit of sta, U doorziet van verre mijn gedachten. Ga ik op weg of rust ik uit, U merkt het op, met al mijn wegen bent U vertrouwd. Geen woord ligt op mijn tong, of U, HEER, kent het ten volle. U omsluit mij, van achter en van voren, U legt uw hand op mij. Wonderlijk zoals U mij kent, het gaat mijn begrip te boven. Hoe zou ik aan uw aandacht ontsnappen, hoe aan uw blikken ontkomen? Klom ik op naar de hemel – U tref ik daar aan, lag ik neer in het dodenrijk – U bent daar. Al verhief ik mij op de vleugels van de dageraad, al ging ik wonen voorbij de verste zee, ook daar zou uw hand mij leiden, zou uw rechterhand mij vasthouden. Al zei ik: ‘Laat het duister mij opslokken, het licht om mij heen veranderen in nacht,’ ook dan zou het duister voor U niet donker zijn – de nacht zou oplichten als de dag, het duister helder zijn als het licht. U was het die mijn nieren vormde, die mij weefde in de buik van mijn moeder. Ik loof U om het ontzaglijke wonder van mijn bestaan, wonderbaarlijk is wat U gemaakt hebt. Ik weet het, tot in het diepst van mijn ziel. Toen ik in het verborgene gemaakt werd, kunstig geweven in de schoot van de aarde, was mijn wezen voor U geen geheim.
Uw ogen zagen mijn vormeloos begin, alles werd in uw boekrol opgetekend, aan de dagen van mijn bestaan ontbrak er niet één. Hoe rijk zijn uw gedachten, God, hoe eindeloos in aantal, ontelbaar veel, meer dan er zand is bij de zee. Ontwaak ik, dan nog ben ik bij U. Doorgrond mij, God, en ken mijn hart, peil mij, weet wat mij kwelt, zie of ik geen verkeerde weg ga, en leid mij op de weg die eeuwig is.

 Zingen: psalm 139: 1,7

HEER, die mij ziet zoals ik ben,
dieper dan ik mijzelf ooit ken,
kent Gij mij, Gij weet waar ik ga,
Gij volgt mij waar ik zit of sta.
 Wat mij ten diepste houdt bewogen,
’t ligt alles open voor uw ogen.

 Gij hebt mij immers zelf gemaakt,
mij met uw vingers aangeraakt,
met toegewijde tederheid
mijn nieren en mijn hart bereid,
mij in de moederschoot geweven,
mij met uw wonderen omgeven.

 Overdenking: ‘Zoals ik ben’.

Zingen: ‘Abba Vader’

 Abba, Vader, U alleen, U behoor ik toe.
U alleen doorgrondt mijn hart,
U behoort het toe.
Laat mijn hart steeds vurig zijn,
U laat nooit alleen.
Abba, Vader, U alleen, U behoor ik toe.

 Abba, Vader, laat mij zijn slechts van U alleen.
Dat mijn wil voor eeuwig zij, d’uwe en anders geen.
Laat mijn hart nooit koud zijn, Heer.
Laat mij nimmer gaan.
Abba, Vader, laat mij zijn slechts van U alleen.

 Dankgebed, voorbede en Onze Vader

 Onze Vader, Die in de hemelen zijt,
Uw Naam worde geheiligd; Uw Koninkrijk kome;
Uw wil geschiede gelijk in de hemel alzo ook op de aarde.
Geef ons heden ons dagelijks brood en vergeef ons onze schulden,
gelijk ook wij vergeven onze schuldenaren;
en leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van de boze.
Want van U is het koninkrijk
en de kracht en de heerlijkheid
in der eeuwigheid.
Amen

Lied 247: 1,3,5

Blijf mij nabij, wanneer het duister daalt.
De nacht valt in, waarin geen licht meer straalt.
Andere helpers, Heer, ontvallen mij.
Der hulpelozen hulp, wees mij nabij.

U heb ik nodig, uw genade is
mijn enig licht in nacht en duisternis.
Wie anders zal mijn leidsman zijn dan Gij?
In nacht en ontij, Heer, blijf mij nabij.

Houd, Heer, uw kruis hoog voor mijn brekend oog,
licht in het duister, wijs de weg omhoog.
Uw dag breekt aan, de schaduw gaat voorbij.
In dood en leven, Heer, wees Gij nabij.

Zegen

Orde van dienst 17 november 2024 – 2e zondag van de voleinding

Voorganger:                      ds. J.A. Wegerif, Nijverdal
Organist:                             Dhr. Jan Willem Hueting
Ouderling:                          Mevr. Nel Griffioen
Diaken:                               Dhr. S. de Feij

De diensten zijn te volgen via kerkdienst-gemist

https://kerkdienstgemist.nl/stations/2491-Nieuwkoop-HG

Orgelspel
Welkom en mededelingen
Zingen                                  psalm van de zondag: psalm 98: 1, 2
Stil gebed, groet, bemoediging
Verootmoedigingsgebed
Zingen:                        lied 834: 1
Verkondiging van Gods genade
Zingen:                        lied 834: 2
Onderwijs
Zingen:                        lied 834: 3
Gebed bij de opening van het Woord
Kinderen naar de nevendienst
Lezing uit het oude testament: Exodus 30: 11 – 16
De heffing bij de registratie
11De HEER zei tegen Mozes: 12‘Als je onder de Israëlieten een telling houdt, moeten allen die geregistreerd worden de HEER losgeld betalen voor hun leven, om te voorkomen dat zij vanwege de telling door een plaag worden getroffen. 13Ieder die meegeteld wordt moet een halve sjekel betalen, volgens het ijkgewicht van het heiligdom, twintig gera per sjekel; de heffing voor de HEER bedraagt de helft daarvan. 14Ieder die meegeteld wordt, iedereen van twintig jaar of ouder, moet deze heffing voor de HEER betalen. 15Rijken dragen als losprijs voor hun leven niet meer af dan een halve sjekel, armen niet minder. 16Het losgeld dat je van de Israëlieten in ontvangst neemt, moet gebruikt worden voor de dienst in de ontmoetingstent. De losprijs die de Israëlieten voor hun leven betalen, brengt hen bij de HEER in herinnering.’

Zingen:                        psalm 16: 1
Evangelielezing: Marcus 12: 38 – 13: 2
Marcus 12
38Tijdens zijn onderricht zei Hij: ‘Pas op voor de schriftgeleerden die zo graag in dure gewaden rondlopen en eerbiedig begroet willen worden op het marktplein, 39en een ereplaats willen in de synagogen en bij feestmaaltijden: 40ze verslinden de huizen van de weduwen en zeggen voor de schijn lange gebeden op. Over hen zal strenger worden geoordeeld dan over anderen!’ 41Hij ging tegenover de offerkist zitten en keek hoe de mensen er geld in wierpen. Veel rijken gooiden veel geld in de kist. 42Er kwam ook een arme weduwe, die er twee muntjes in gooide, ter waarde van niet meer dan een quadrans. 43Hij riep zijn leerlingen bij zich en zei tegen hen: ‘Ik verzeker jullie: deze arme weduwe heeft meer in de offerkist gedaan dan alle anderen die er geld in hebben gegooid; 44want die hebben gegeven van hun overvloed, maar zij heeft van haar armoede alles gegeven wat ze had, haar hele levensonderhoud.’
Marcus 13
1Toen Hij de tempel verliet, zei een van zijn leerlingen tegen Hem: ‘Meester, kijk eens, wat een enorme stenen en wat een imposante gebouwen!’ 2Jezus zei tegen hem: ‘Die grote gebouwen die je nu ziet – wees er maar zeker van dat geen steen op de andere zal blijven; alles zal worden afgebroken.’

Lofprijzing:                  lied 912: 1, 2
Uitleg en prediking
Meditatief orgelspel
Geloofsbelijdenis gezongen: gezang 340B
Meeleven met elkaar
Dankgebed en voorbeden
Inzameling van de gaven
Zingen:                        lied 912: 3, 4, 5, 6
Heenzending en zegen.
Gezongen Amen

Orde van dienst 10 november 2024 – Kliederkerk

Voorganger:                      ds. H.J. Prosman
Organist:                             Dhr. Jan Willem Hueting
Ouderling:                          Dhr. Robert Verhallen
Diaken:                               Dhr. Steven de Feij

De diensten zijn te volgen via kerkdienst-gemist

https://kerkdienstgemist.nl/stations/2491-Nieuwkoop-HG

Orgelspel
Welkom en mededelingen
Zingen                                  Lied 216  Dit is een morgen. Vers 1,2,3.
Gebed om de opening van het woord.
Zingen                                 Lied Mooie kleren. Gezongen door Walter & Esther.
                                               (Met muziekinstrumenten erbij.)            

Kijk eens wat een mooie kleren (melodie: Boer wat zeg je van mijn kippen?)

Kijk eens wat een mooie sluier.
Kijk eens wat een mooie jurk.
Vind je dit geen mooie bloemen.
En wat zit mijn haar toch mooi.
Kijk eens wat een mooie sluier.
Kijk eens wat een mooie jurk

Kijk eens wat een mooie strik.
Kijk eens naar mijn mooie pak.
Mijn schoenen die zijn goed gepoetst.
En mijn haar is mooi gekamd.
Kijk eens wat een mooie strik.
Kijk eens naar mijn mooie pak

Platen van youtube:       Bruiloft in Kana, van de wonderwolk. Verteld door Map van Koert.

Zingen                                  Lied 793: Bron van liefde, licht en leven. Vers 1,2,3.  Orgel.
Kinderen komen vooraan zitten om te kijken naar een proefje.

Schriftlezing: 1 Korintiërs 13: Bovenal de liefde. 
1 Korintiërs 13
1Al sprak ik de talen van alle mensen en die van de engelen – had ik de liefde niet, ik zou niet meer zijn dan een dreunende gong of een schallende cimbaal. 2Al had ik de gave om te profeteren en doorgrondde ik alle geheimen, al bezat ik alle kennis en had ik het geloof dat bergen kan verplaatsen – had ik de liefde niet, ik zou niets zijn. 3Al verkocht ik mijn bezittingen omdat ik voedsel aan de armen wilde geven, al gaf ik mijn lichaam prijs om te worden verbrand – had ik de liefde niet, het zou mij niet baten. 4De liefde is geduldig en vol goedheid. De liefde kent geen afgunst, geen ijdel vertoon en geen zelfgenoegzaamheid. 5Ze is niet grof en niet zelfzuchtig, ze laat zich niet boos maken en rekent het kwaad niet aan, 6ze verheugt zich niet over het onrecht maar vindt vreugde in de waarheid. 7Alles verdraagt ze, alles gelooft ze, alles hoopt ze, in alles volhardt ze. 8De liefde zal nooit vergaan. Profetieën zullen verdwijnen, klanktaal zal verstommen, kennis verloren gaan – 9want ons kennen schiet tekort en ons profeteren is beperkt. 10Wanneer het volmaakte komt zal wat beperkt is verdwijnen. 11Toen ik nog een kind was sprak ik als een kind, dacht ik als een kind, redeneerde ik als een kind. Nu ik volwassen ben heb ik al het kinderlijke achter me gelaten. 12Nu zien we nog maar een afspiegeling, een raadselachtig beeld, maar straks staan we oog in oog. Nu is mijn kennen nog beperkt, maar straks zal ik volledig kennen, zoals ik zelf gekend ben. 13Dit is wat blijft: geloof, hoop en liefde, deze drie, maar de grootste daarvan is de liefde.

Lied: U hebt het best voor het laatst bewaard. Van Elly & Rikkert.  (beamer) https://www.youtube.com/watch?v=sYFgsXEiQ1Y

Preek

Lied       Everything i do, van Bryan Adams.
                Gezongen door Walter & Esther. Begeleid door Jan-Willem Hueting op de piano.

Collecte, met hulp van kinderen. (maximaal 3)

Voorbeden & Onze Vader

Slotlied Lied 766 : 1,2  (Gezang 114 LVDK)
                 
Ik zag een nieuwe hemel, Jeruzalem is als een bruid gestreden.

Zegen & Amen.

Tijdens het uitlopen muziek van Walter & Esther, begeleid door Ferron.  It takes two.

Kinderen komen naar voren om de bingokaart in te leveren. En krijgen een kadootje. Alle volwassenen vormen buiten een erehaag waardoor de kinderen doorheen kunnen lopen naar de Rank toe. De ceremoniemeester stuurt dit aan.

11:00 Koffie drinken & bruidstaart eten in de Rank.

11:15 Spellen voor de kinderen & photobooth.

Strikje prik, trouwfoto’s raden, kleurplaten.

11:30 -12:00 High Tea met elkaar, ter afsluiting.  Prosecco & proosten.

Orde van dienst 6 november 2024 – Dankdag voor gewas en arbeid

Voorganger:                      ds. H.J. Prosman
Organist:                            Dhr. Ad van Pelt
Ouderling:                          Mevr. Nel Griffioen
Diaken:                               Dhr. Steven de Feij

De diensten zijn te volgen via kerkdienst-gemist

https://kerkdienstgemist.nl/stations/2491-Nieuwkoop-HG

Orgelspel
Welkom en mededelingen
Zingen                  Intochtspsalm 67:3         
Votum en groet
Zingen                  Lied 244: 1,2,3,4
Gebed
Schriftlezing Genesis 8: 1-22
1Maar God dacht aan Noach en aan alle wilde dieren en het vee bij hem in de ark. Op zijn bevel begon er een wind over de aarde te waaien, waardoor het water afnam. 2De bronnen van de oervloed en de sluizen van de hemel werden gesloten, zodat het ophield met regenen. 3Geleidelijk vloeide het water weg van de aarde; na honderdvijftig dagen begon het te zakken. 4Op de zeventiende dag van de zevende maand liep de ark vast op het Araratgebergte. 5Het water zakte voortdurend verder, en op de eerste dag van de tiende maand werden de toppen van de bergen zichtbaar. 6Na verloop van veertig dagen deed Noach het venster dat hij in de ark had aangebracht open 7en liet een raaf los. Deze bleef heen en weer vliegen totdat de aarde droog was. 8Vervolgens liet hij een duif los om te zien of het water op het land verder gedaald was. 9Maar de duif kon nergens een plekje vinden waar ze kon neerstrijken om te rusten en kwam bij hem terug in de ark, want overal op de aarde was nog water. Hij stak zijn hand uit, pakte haar en nam haar weer bij zich in de ark. 10Hij wachtte nog zeven dagen en liet de duif toen opnieuw los. 11Tegen de avond kwam ze bij hem terug – met een jong olijfblad in haar snavel. Toen wist Noach dat het water op de aarde verder gedaald was. 12Weer wachtte hij zeven dagen en daarna liet hij de duif nogmaals los. Ze kwam niet meer bij hem terug. 13In het zeshonderdeerste jaar, op de eerste dag van de eerste maand, was het water van de aarde verdwenen. Noach maakte het dak van de ark open en keek rond – de aarde was drooggevallen. 14Op de zevenentwintigste dag van de tweede maand was de aarde droog. 15Toen zei God tegen Noach: 16‘Ga de ark uit, samen met je vrouw, je zonen en de vrouwen van je zonen. 17Laat ook alle dieren die bij je zijn naar buiten gaan: vogels, vee en alles wat op de aarde rondkruipt. Ze moeten vruchtbaar zijn en talrijk worden, en zich over de hele aarde verspreiden.’ 18Hierop ging Noach naar buiten, samen met zijn zonen, zijn vrouw en de vrouwen van zijn zonen. 19Ook alle dieren gingen de ark uit, soort bij soort, alle vogels, en alles wat op de aarde rondkruipt. 20Noach bouwde een altaar voor de HEER; daarop bracht hij brandoffers van al het reine vee en alle reine vogels. 21De geur van de offers behaagde de HEER, en Hij zei bij zichzelf: Nooit weer zal Ik de aarde vervloeken vanwege de mens, want alles wat de mens uitdenkt, van zijn jeugd af aan, is nu eenmaal slecht. Nooit weer zal Ik alles wat leeft doden, zoals Ik nu heb gedaan. 22Zolang de aarde bestaat, zal er een tijd zijn om te zaaien en een tijd om te oogsten, zal er koude zijn en hitte, zomer en winter, dag en nacht – nooit komt daar een einde aan.
Zingen                  Lied 350: 1,2,3,5,7
Preek
Zingen                  Lied 981: 1,2,3,4,5
Dankgebed, voorbeden en onze vader
Collecte
Slotzang              lied 704:1
Zegen
Gezongen Amen

Orde van dienst 3-november 2024 -ZWO

Voorganger:                      ds. H.J. Prosman en ds. Wilbert van Saane
Organist:                             Dhr. Ad van Pelt
Ouderling:                          Dhr Robert Verhallen
Diaken:                               Dhr. J. Kalshoven

De diensten zijn te volgen via kerkdienst-gemist

https://kerkdienstgemist.nl/stations/2491-Nieuwkoop-HG

Orgelspel
Welkom en mededelingen
Zingen                                  Psalm 138:4
Bemoediging en groet
V: Onze hulp is de Naam van de Heer,
G: Hij maakte hemel en aarde,

V: Hij is trouw, voor altijd,
G: Hij laat niet los wat Hij begon.

V: Genade en vrede van God de Vader,
Jezus Christus zijn Zoon, door de Heilige Geest.
G: Amen

Zingen                                  Lied 657:1,2,3,4
Schuldbelijdenis
Zingen: ‘Genade zo oneindig groot’
**
Genade, zo oneindig groot.
Dat ik, die ’t niet verdien
het leven vond, want ik was dood
en blind, maar nu kan ‘k zien.

Genade die mij heeft geleerd
te vrezen voor het kwaad.
Maar ook – als ik mij tot Hem keer
dat God mij nooit verlaat.

Want Jezus droeg mijn zondelast
en tranen aan het kruis.
Hij houdt mij door genade vast
en brengt mij veilig thuis.

Als ik daar in zijn heerlijkheid
mag stralen als de zon,
dan prijs ik Hem in eeuwigheid
dat ik genade vond

*
Genadeverkondiging
Moment met de kinderen
Kinderlied ‘Als je gelooft in de Here Jezus’
*
Als je gelooft in de Here Jezus,
dan komt er vrede in je hart.
Als je gelooft in de Here Jezus,
dan komt er vrede in je hart.

Vrede voor jou en iedereen
en voor de wereld om ons heen.
Vrede voor jou en iedereen
en voor de wereld om ons heen.

*

Jeremia 1: 1-19
Jesaja 1
1Visioen van Jesaja, de zoon van Amos, dat hij zag over Juda en Jeruzalem toen Uzzia, Jotam, Achaz en Hizkia in Juda regeerden.
Aanklacht tegen Israël en Jeruzalem
2Hoor toe, hemel, geef gehoor, aarde,
de HEER heeft gesproken:
Ik heb mijn kinderen opgevoed en grootgebracht,
maar ze zijn tegen Mij in opstand gekomen.
3Een rund herkent zijn meester
een ezel weet wie zijn voederbak vult,
maar Israël mist elk inzicht,
mijn volk leeft in onwetendheid.
4Wee dit ontrouwe volk, met schuld beladen,
volk van zondaars, verdorven geslacht.
Zij hebben de HEER verlaten,
de Heilige van Israël versmaad,
Hem de rug toegekeerd.
5Ben je niet genoeg geslagen,
verzet je je nog altijd?
Heel je hoofd doet pijn, heel je hart is ziek.
6Van voetzool tot kruin, niets is ongeschonden:
een en al wonden en builen en striemen,
niet verbonden, niet verzorgd, niet met olie verzacht.
7Je land is verwoest, je steden zijn verbrand.
Vreemden stropen onder je ogen de akkers af,
vreemdelingen maken alles tot een woestenij.
8Wat rest er nog van Sion?
Het is als een hut in een wijngaard,
een schuilhut in een komkommerveld,
een stad in het nauw.
9Had de HEER van de hemelse machten
ons niet een laatste rest gelaten,
het zou ons zijn vergaan als Sodom en Gomorra.
10Hoor de woorden van de HEER, leiders van Sodom,
geef gehoor aan het onderricht van onze God, volk van Gomorra.
11Wat moet Ik met al jullie offers? – zegt de HEER.
Ik heb genoeg van het vlees van jullie schapen,
van het vet van jullie kalveren;
het bloed van stieren, rammen en bokken wil Ik niet meer.
12En wanneer jullie voor Mij verschijnen –
wie heeft je gevraagd mijn voorhoven plat te lopen?
13Houd op met die zinloze offergaven.
Ik heb een afschuw van jullie wierook;
jullie feesten, nieuwemaan en sabbat,
ik duld ze niet naast al dat wangedrag.
14Van jullie nieuwemaan, van ál jullie feesten heb Ik een afkeer,
ze hinderen Mij, Ik kan ze niet langer verdragen.
15Wanneer jullie je handen opheffen, wend Ik mijn ogen af,
ook als je aanhoudend bidt, luister Ik niet.
Aan jullie handen kleeft bloed!
16Was je, reinig je,
maak een eind aan je misdaden,
Ik kan ze niet meer zien.
Breek met het kwaad
17en leer goed te doen.
Zoek het recht, houd tirannen in toom,
kom op voor wezen, sta weduwen bij.
18De HEER zegt: Laten we zien wie er in zijn recht staat.
Al zijn je zonden rood als scharlaken, ze worden wit als sneeuw,
al zijn ze rood als purper, ze worden wit als wol.
19Als je weer naar Mij wilt luisteren,
zal het beste van het land je ten deel vallen.

Zingen                                  Lied 927:1,3,5
Preek
Zingen                                  Lied 678:1,6,7,8

Geloofsbelijdenis (gezongen)

Voorbeden met responsie lied 367e
Onze Vader
Inzameling van de gaven
Zingen                                  lied 802:1,4
Zegen
Gezongen amen

Orde van dienst 27 oktober 2024 – bediening HA

Voorganger:                      ds. H.J. Prosman
Organist:                             Dhr. Sjaak Warnaar
Ouderling:                          Mevr. Nel Griffioen
Diaken:                               Dhr. Steven de Feij

De diensten zijn te volgen via kerkdienst-gemist https://kerkdienstgemist.nl/stations/2491-Nieuwkoop-HG

Orgelspel
Welkom en mededelingen         
Zingen                                  psalm 147:1,5
Votum en groet
Zingen                                  lied 712:1,2,3,4
Schuldbelijdenis
Zingen                                  psalm 130:1,2
Genadeverkondiging
Zingen                                  psalm 130:3,4
Moment met de kinderen
Gebed
Zingen: “Als je gelooft in de Here Jezus”

Als je gelooft in de Here Jezus,
dan komt er vrede in je hart.
Als je gelooft in de Here Jezus,
dan komt er vrede in je hart.

Vrede voor jou en iedereen
en voor de wereld om ons heen.
Vrede voor jou en iedereen
en voor de wereld om ons heen.


Schriftlezing Ester 2: 1-18
Ester als koningin gekozen

1Na verloop van tijd, toen de woede van koning Ahasveros bedaard was, gingen zijn gedachten weer uit naar Wasti; hij overdacht wat ze had gedaan en wat er over haar besloten was. 2Zijn kamerdienaars opperden: ‘Er zouden voor de koning mooie jonge meisjes gezocht moeten worden, meisjes die nog maagd zijn. 3De koning zou in alle provincies van zijn rijk gevolmachtigden moeten aanstellen met de opdracht op zoek te gaan naar de mooiste meisjes en die bij elkaar te brengen in de burcht van Susa, in het vrouwenverblijf. Daar zouden ze onder toezicht van Hegai moeten worden gesteld, de eunuch die de koning als haremwachter dient, en een schoonheidsbehandeling moeten krijgen. 4En het meisje dat de koning het meest bevalt, zou dan koningin moeten worden in de plaats van Wasti.’ Dit voorstel vond instemming bij de koning en hij voerde het uit.
5Nu woonde er in de burcht van Susa een zekere Mordechai, een Jood. Hij was een zoon van Jaïr, de zoon van Simi, de zoon van Kis, uit de stam Benjamin. 6Hij was een van de ballingen uit Jeruzalem die samen met Jechonja, de koning van Juda, door koning Nebukadnessar van Babylonië in ballingschap waren weggevoerd. 7Deze Mordechai was de pleegvader van Hadassa, ook Ester genoemd, die een nicht van hem was en geen vader en moeder meer had. Na de dood van haar ouders had Mordechai haar als dochter aangenomen. Het meisje was mooi en aantrekkelijk. 8Toen nu het besluit van de koning in een verordening bekend was gemaakt en er veel meisjes bij elkaar werden gebracht in de burcht van Susa, waar ze onder toezicht van Hegai kwamen te staan, werd ook Ester naar het koninklijk paleis overgebracht en onder toezicht van deze haremwachter gesteld. 9Het meisje beviel hem en won zijn gunst. Daarom liet hij haar zonder uitstel de schoonheidsbehandeling en het voorgeschreven voedsel geven en stelde hij zeven voortreffelijke dienaressen uit het koninklijk paleis tot haar beschikking. Bovendien bracht hij haar samen met deze dienaressen over naar het mooiste gedeelte van het vrouwenverblijf. 10Ester had niet verteld uit welk volk of welke familie ze stamde; Mordechai had haar namelijk op het hart gedrukt dit niet bekend te maken. 11En iedere dag wandelde Mordechai langs de voorhof van het vrouwenverblijf om te weten te komen hoe het met Ester ging en wat er met haar zou gebeuren.
12Een meisje was aan de beurt om bij koning Ahasveros te komen wanneer na twaalf maanden haar schoonheidsbehandeling overeenkomstig de voorschriften voor de vrouwen voltooid was: zes maanden werd ze behandeld met mirreolie, zes maanden met balsem en andere schoonheidsmiddelen. 13En telkens als er een meisje na deze voorbereiding naar de koning ging, werd haar uit het vrouwenverblijf alles wat ze wenste meegegeven naar het koninklijk paleis. 14’s Avonds ging ze daar naar binnen, ’s morgens keerde ze terug; ze kwam dan in een ander deel van het vrouwenverblijf, dat onder toezicht stond van Saäsgaz, de eunuch die de koning diende als bewaker van de bijvrouwen. Ze ging niet opnieuw naar de koning, tenzij hij haar begeerde en zij persoonlijk bij hem werd ontboden.
15Toen het de beurt was van Ester – de dochter van Abichaïl, die een oom was van haar pleegvader Mordechai – verlangde zij niets anders mee te nemen dan wat haar werd aangeraden door Hegai, de eunuch die de koning als haremwachter diende. En allen die Ester zagen, keken vol bewondering naar haar. 16Zo werd Ester bij koning Ahasveros gebracht, in het koninklijk paleis, in het zevende jaar van zijn regering, in de tiende maand, de maand tebet. 17En de koning voelde voor Ester meer liefde dan voor alle andere vrouwen, meer dan alle andere meisjes verwierf zij zijn gunst en genegenheid. Daarom deed hij haar de koninklijke hoofdband om en maakte haar koningin in de plaats van Wasti. 18De koning richtte een groot feestmaal aan voor al zijn rijksgroten en hoge functionarissen, het Feestmaal van Ester. Ook kondigde hij voor alle provincies een rustdag af, en met een vrijgevigheid die men van een koning mag verwachten deelde hij geschenken uit.

Preek
Zingen: “Al zou de vijgeboom niet bloeien” (Evangelische Liedbundel 56)
Al zou de vijgeboom niet bloeien, geen opbrengst aan de wijnstok zijn,
toch zal mijn beker overvloeien, want Jezus schenkt mij vreugdewijn.
Al draagt ook de olijf geen vrucht en ontbreekt het koren op het veld
met Hem heb ik geen kwaad te duchten die zelfs mijn hoofdhaar heeft geteld.

Al loopt geen schaap meer in de weide en staat geen rund meer in de stal,
toch zal ik mij in Hem verblijden, die is, die was en komen zal.
Hij maakt mijn voeten als der hinden, zodat ik op mijn hoogten treed.
‘k Zal mij aan zijn beloften binden, en word met zijn gezag bekleed.

Al kwellen ziekten, zorgen, machten, ik zal hen met Gods woord verslaan.
Ik blijf zijn beeld in mij verwachten, al klaagt de boze mij ook aan.
Nochtans, ja nochtans zal ik juichen: De HERE Here is mijn kracht,
en ied’re vijand zal zich buigen voor Hem die alles heeft volbracht.

Lezen van het Avondmaalsformulier en gebed
Zingen                                  psalm 107:1,2,3
Viering van het Heilig Avondmaal
Zingen                                  Psalm 103c: 3,4
Zingen                                  lied 978:3,4
Zegen
Gezongen Amen

Orde van dienst 20 oktober 2024

Voorganger:                      ds. G.E. van der Hout, Lekkerkerk
Organist:                            Drs. Ad van Pelt
Muz. Medewerking        Zangvereniging Con Amore o.l.v Wim Kusee
Ouderling:                         Dhr.. Robert Verhallen
Diaken:                              Dhr. J. Kalshoven

De diensten zijn te volgen via kerkdienst-gemist

https://kerkdienstgemist.nl/stations/2491-Nieuwkoop-HG

Orgelspel
Welkom en mededelingen
Zingen                                  Psalm 143: 8,9  
Votum en groet
Con Amore zingt              Wees mijn verlangen

  1. Wees mijn verlangen, o Heer van mijn hart,
    Leer mij U kennen in vreugde en smart.
    Laat mijn gedachten op U zijn gericht,
    Wakend of slapend, vervuld van Uw licht.
  2. Geef mij Uw wijsheid, Uw woorden van eer,
    Dat ik in U blijf en U in mij, Heer,
    U als mijn Vader, en ik als Uw kind,
    Dat in Uw armen geborgenheid vindt.
  3. Geef mij Uw schild en Uw zwaard in de strijd,
    Maak mij tot machtige daden bereid.
    Wees als een burcht, als een toren van kracht,
    Wijs mij omhoog waar Uw liefde mij wacht.
  4. Wat baat mij rijkdom of eer van een mens:
    Bij U te wonen is al wat ik wens,
    Met als beloning dat ik op U lijk;
    Hemelse koning, pas dan ben ik rijk.
  5. Hemelse Koning, die het kwaad overwon,
    Als ik daar kom in het licht van Uw zon,
    Stralend van vreugde, getooid als een bruid,
    Gaat mijn verlangen nog meer naar U uit.

Gebed om ontferming
Con Amore zingt              Verleih uns Frieden

Verleih uns Frieden gnädiglich,
Herr Gott, zu unsern Zeiten
Es ist doch ja kein Andrer nicht,
Der für uns könnte streiten.
Denn du, unser Gott aleine.

Vertaling:
Schenk ons ​​genadig de vrede ,
Heer God, in onze tijd
Is er is niemand anders,
Die het voor ons kan opnemen
voor jou, alleen onze God.

Woord van genade
Con Amore en gemeente zingen: Alle eer en alle glorie

  1. (koor)
    Alle eer en alle glorie geldt de luisterrijke naam!
    Viert de vrede die Hij heden uitroept over ons bestaan.
    Aangezicht, vol van licht, zie ons met ontferming aan!
  2. (koor + gemeente)
    Alle eer en alle glorie geldt de Zoon, de erfgenaam!
    Als genade die ons toekomt is Hij onze nieuwe naam.
    Licht uit licht, vergezicht, steek ons met uw stralen aan.
  3. (koor + gemeente)
    Alle eer en alle glorie geldt de Geest, die leven doet,
    Die de eenheid in ons ademt, vlam die ons vertrouwen voedt!
    Levenszon, liefdesbron, maak de tongen los voorgoed!

Gebed
Schriftlezing: Genesis 44: 27- 45: 7

27Maar mijn vader zei: “Zoals jullie weten heeft mijn vrouw mij twee zonen gebaard. 28De ene ging bij mij weg en ik ben er vast van overtuigd dat hij verscheurd is; ik heb hem tot nu toe niet teruggezien. 29Als jullie nu ook de andere bij mij weghalen en er overkomt hem iets, dan zou ik, die al zo oud ben, door jullie schuld van ellende in het dodenrijk komen.” 30Dus, heer, als ik bij mijn vader terugkom zonder de jongen, aan wie hij zo verknocht is, 31dan kan het niet anders of hij sterft wanneer hij ziet dat de jongen er niet bij is; door het verdriet dat wij hem daarmee zouden aandoen, zou onze oude vader in het dodenrijk komen. 32Ik heb mij bij mijn vader borg gesteld voor de jongen; ik heb hem gezegd dat hij het mij mijn leven lang mag aanrekenen als ik de jongen niet terugbreng. 33Staat u daarom alstublieft toe, mijn heer, dat ik als slaaf bij u blijf in plaats van de jongen, en dat hij met zijn broers terugreist. 34Hoe zou ik immers zonder die jongen naar mijn vader kunnen teruggaan? Ik zou het verdriet dat mijn vader dan treft, niet kunnen aanzien.’
Genesis 45

1Toen kon Jozef zich niet langer goed houden tegenover allen die daar bij hem waren. ‘Laat iedereen weggaan!’ riep hij. Zo was er niemand bij toen Jozef zijn broers vertelde wie hij was. 2Hij barstte in tranen uit en huilde zo luid dat de Egyptenaren het hoorden en dat het ook in het paleis van de farao te horen was. 3Hij zei tegen zijn broers: ‘Ik ben het, Jozef! Leeft mijn vader nog?’ Zijn broers waren niet in staat antwoord te geven, ze waren verlamd van schrik. 4‘Kom toch dichterbij,’ zei Jozef tegen hen, en daarop gingen ze dichter naar hem toe. ‘Ik ben Jozef,’ zei hij, ‘jullie broer, die jullie verkocht hebben en die naar Egypte is meegevoerd. 5Maar blijf kalm en maak jezelf geen verwijten dat jullie mij verkocht hebben en dat ik hier ben terechtgekomen, want God heeft mij voor jullie uit gestuurd om jullie leven te redden. 6Er heerst nu al twee jaar hongersnood in het land, en ook de komende vijf jaar zal er niet geploegd of geoogst worden. 7God heeft mij voor jullie uit gestuurd om jullie voortbestaan op aarde veilig te stellen; zo wilde Hij veel levens redden.

Gemeentezang           Psalm 146: 2, 3, 4, 5
Preek

Con Amore zingt              For you are Lord

Lord of us all, your name is known
Known for evermore, for always.
Light of the world, mighty and strong
We will praise your name, for always.
For you are Lord, we lift our voices high,
And praise your neverending love.

For you are Lord, there is nothing that can keep us
From giving our song to your holy name.
Though not the same, let us be one.
Bind us with your love, for always.
Your spirit Lord, must rule our hearts,
Shine through all our lives, for always,

For you are Lord, we lift our voices high,
And praise your neverending love.
For you are Lord, there is nothing that can keep us
From giving our song to your holy name.

Abide with me, fast falls the eventide.
The darkness deepens, Lord with me abide.
When other helpers fail, and comforts flee,
Help of the helpless, oh, abide with me.

For you are Lord, we lift our voices high,
And praise your neverending love.
For you are Lord, there is nothing that can keep us
From giving our song to your holy name.
For You are Lord. For you are Lord!


Geloofsbelijdenis
Gebeden
Con Amore zingt              Voor ieder land (refrein met gemeente)

1.Voor ieder land waar oorlog is. Bidden wij tot U o Heer.
Voor ieder mens in duisternis. Bidden wij tot U o Heer.
Voor ieder mens die geen vreugde heeft. Bidden wij tot U o Heer.
Voor ieder die in wanhoop leeft, Bidden wij tot U o Heer.

Refr:
Want U kunt ons bevrijden, U hebt daartoe de kracht.   ) 2x
In Uw hand zijn de tijden. In U is alle macht.                       )


2.Voor ieder die in vrede leeft, Bidden wij tot U o Heer.
Voor ieder die naar hoogheid streeft, Bidden wij tot U o Heer.
Voor ieder die op aarde leeft, Bidden wij tot U o Heer.
Voor ieder die hier onrecht heeft, Bidden wij tot U o Heer.

Refr:
Want U kunt ons bevrijden, U hebt daartoe de kracht.   ) 2x
In Uw hand zijn de tijden. In U is alle macht.                       )

Amen

Inzameling der gaven
Con Amore zingt              Neem mijn leven, laat het, Heer’
                                    (coupletten 4,5 en 6 met gemeente)

  • 1 (koor)

Neem mijn leven, laat het Heer
Toegewijd zijn aan uw eer.
Maak mijn uren en mijn tijd
Tot uw lof en dienst bereid.

  • 2 (koor)

Neem mijn handen, maak ze sterk,
Trouw en vaardig tot uw werk.
Maak dat ik mijn voeten zet
Op de wegen van uw wet.

  • 3 (koor)

Neem mijn zonden en mijn schuld,
In ’t beleid van uw geduld.
Maak dat ik, opstandig kind,
Steeds de weg tot u hervindt.

  • 4 (koor + gemeente)

Neem, o trooster mijn verdriet,
Gij veracht mijn tranen niet.
Maak dat ook in mij uw kracht,
Steeds in zwakheid wordt volbracht.

  • 5 (koor + gemeente)

Neem ook mijne liefde Heer,
‘k Leg voor u haar schatten neer.
Neem mijzelf en voor altijd,
Ben ik aan u toegewijd.

  • 6 (koor + gemeente)

Neem mijn leven, laat het Heer,
Toegewijd zijn aan uw eer.
Maak mijn uren en mijn tijd,
Tot uw lof en dienst bereid.
Amen.

Heenzending en zegen
Gezongen Amen