Orde van najaarszendings-dienst 6 november 2022

Voorganger:                      ds. H.J. Prosman
Organist:                           Dhr. Ad van Pelt
Ouderling:                         Dhr. R. Verhallen
Diaken:                              Dhr. J. Kalshoven

De diensten zijn te volgen via kerkdienst-gemist
https://kerkdienstgemist.nl/stations/2491-Nieuwkoop-HG

Orgelspel
Welkom en mededelingen
intochtslied Psalm 87: 1,2
Votum en groet
Zingen: Psalm 87: 3,4
Smeekgebed
Zingen: Gloria: 413:1,2,3
Moment met de kinderen
Gebed

2 Koningen 5: 1-15 (gelezen door Annemarie Rietveld)
De genezing van Naäman
51Naäman, de bevelhebber van het Aramese leger, stond bij zijn koning in hoog aanzien en werd zeer door hem gewaardeerd, want de HEER had hem voor Aram een grote overwinning laten behalen. Maar deze grote krijgsman leed aan een huidziekte die onrein maakt. 2Nu hadden de Arameeërs op een van hun strooptochten uit Israël een jong meisje meegevoerd, dat als slavin diende bij de vrouw van Naäman. 3Zij zei tegen haar meesteres: ‘Ach, kon mijn meester maar eens naar de profeet in Samaria gaan, die zou hem wel genezen.’ 4Naäman ging naar zijn heer en vertelde hem wat het meisje uit Israël had gezegd. 5Daarop zei de koning van Aram: ‘Ga erheen. Ik zal u een brief meegeven voor de koning van Israël.’
Naäman ging op weg, met tien talent zilver bij zich, zesduizend sjekel goud en tien stel kleren. 6In de brief die hij aan de koning van Israël overhandigde, stond het volgende: ‘Met deze brief stuur ik mijn dienaar Naäman naar u toe, om door u van zijn huidziekte te worden genezen.’ 7Zodra de koning van Israël de brief gelezen had, scheurde hij zijn kleren en riep uit: ‘Ben ik soms God, dat ik kan beschikken over leven of dood? Hij stuurt mij deze man om hem van zijn ziekte te genezen. Let op mijn woorden: hij is uit op een conflict met mij!’ 8Toen de godsman Elisa hoorde dat de koning van Israël zijn kleren had gescheurd, liet hij hem vragen: ‘Waarom hebt u uw kleren gescheurd? Laat die man bij mij komen, dan zal hij merken dat er in Israël een profeet woont.’ 9Naäman reed met zijn wagen naar het huis van Elisa. 10 Elisa stuurde iemand naar buiten om hem te zeggen: ‘Baad u zevenmaal in de Jordaan, dan zal uw huid weer gezond worden en zult u weer rein zijn.’ 11Kwaad ging Naäman weg. ‘Ik had gedacht dat hij zelf naar buiten zou komen,’ zei hij. ‘En dat hij de naam van de HEER, zijn God, zou aanroepen en met zijn hand over de aangetaste plek zou strijken, en zo de ziekte zou wegnemen. 12Zijn de rivieren van Damascus, de Abana en de Parpar, soms niet beter dan alle wateren in Israël? Had ik me daarin niet kunnen baden om rein te worden?’ Verontwaardigd draaide hij zich om en ging weg. 13Maar zijn bedienden kwamen hem achterna en zeiden: ‘Maar meester, als de profeet u een ingewikkelde opdracht had gegeven, had u die toch ook uitgevoerd? Dus nu hij tegen u zegt: “Baad u, en u zult weer rein worden,” moet u dat zeker doen.’ 14 Hierop daalde Naäman af naar de Jordaan en dompelde zich daar zevenmaal onder, zoals de godsman had gezegd. Zijn huid werd weer gezond, zo gaaf als de huid van een kind, en hij was weer rein. 15Toen keerde hij met zijn hele gevolg naar Elisa terug, maakte bij de godsman zijn opwachting en zei: ‘Er is in de hele wereld geen god, behalve in Israël! Alstublieft, neemt u een geschenk van uw dienaar aan.’ 

Zingen: lied 350: 1,3,4,6,7

Lucas 19: 1-10 (gelezen door ds. H.J. Prosman)

191Jezus ging Jericho in en trok door de stad. 2Er was daar een man die Zacheüs heette. Deze Zacheüs was hoofdtollenaar, en hij was erg rijk. 3Hij wilde Jezus zien, om te weten te komen wat voor iemand het was, maar dat lukte hem niet vanwege de menigte, want hij was klein van stuk. 4Daarom liep hij snel vooruit en klom in een vijgenboom om Jezus te kunnen zien wanneer Hij voorbijkwam. 5Toen Jezus daarlangs kwam, keek Hij naar boven en zei: ‘Zacheüs, kom vlug naar beneden, want vandaag moet Ik in uw huis verblijven.’ 6Zacheüs kwam meteen naar beneden en ontving Jezus vol vreugde bij zich thuis. 7Allen die dit zagen, zeiden morrend tegen elkaar: ‘Hij is het huis van een zondig mens binnengegaan om onderdak te vinden voor de nacht.’ 8Maar Zacheüs was gaan staan en zei tegen de Heer: ‘Luister, Heer, de helft van mijn bezittingen zal ik aan de armen geven, en als ik iemand iets heb afgeperst, zal ik het viervoudig vergoeden.’ 9Jezus antwoordde: ‘Vandaag is dit huis redding ten deel gevallen, want ook deze man is een zoon van Abraham. 10De Mensenzoon is gekomen om te zoeken en te redden wat verloren was.’

Preek

Zingen: “Kroon hem met gouden kroon”

Geloofsbelijdenis

Zingen: LvdK Gez. 476:5

5           Levensvorst, U loven de geslachten,
             en tot uw verborgen tijd
             blijft de bruid uw wederkomst verwachten,
             t einde van haar bange strijd.
             Houd haar waakzaam; doe haar, ’t hoofd geheven,
             uit die hoge heilsverwachting leven,
             tot zij op de jongste dag,
             met U triumferen mag.

Bijdrage ZWO-cie (gelezen door Gerlof Verdel)

Dankgebed, voorbeden en Onze Vader (Voorbeden afgewisseld met 367e – Heer, onze God, wij bidden u, verhoor ons) mmv Gerlof Verdel

Collecte

Zingen: Lied 406: 1 en 2 (ELB) Eens zal op de grote morgen
Eens zal op de grote morgen,
klinken het bazuingeschal,
dan zal Jezus wederkomen,
als de rechter van ’t heelal.
Wie zal op die grote morgen,
buigen voor die Majesteit?
Wie zal op die grote morgen,
vluchten voor die heerlijkheid.

Zegen

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.